De manuele lymfedrainage is in de jaren dertig in Frankrijk ontwikkeld door Dr. Emil Vodder en zijn echtgenote Estrid. Zij behandelden chronische luchtweginfecties door de subcutis te masseren met draaiende, pompende en vlakke handgrepen. Deze handgrepen werden in de afvoerrichting van de lymfebanen volgens de anatomie uitgevoerd en anderzijds gebruik wordt gemaakt van afvoer in andere richtingen. Kenmerkend bij deze massagetechniek zijn de cirkelvormige of spiralende handgrepen.Bij lymfoedeem kan de therapie bestaan uit: manuele lymfedrainage, oefentherapie, bandageren, manuele of apparatieve compressie en eventueel medicamenteus/operatief behandelen. Uiterst belangrijk is de voorlichting aan de patiënt betreffende het dagelijks functioneren (sport, kleding, recreatie) en huidhygiëne.